Het beoordelen van voedingsonderzoek door de zorgverlener brengt verschillende uitdagingen met zich mee. Het opzetten van gerandomisseerd klinisch onderzoek (RCT) is kostbaar, maar anderzijds is prospectief onderzoek met behulp van voedingsdagboeken erg foutgevoelig. Voedingswetenschappers hebben nu een publicatie opgesteld waarin ze ingaan op de opzet en analyse van voedings-RCT’s waarbij de maaltijden worden verstrekt of de deelnemers voedingsadviezen krijgen. Dit geeft niet alleen inzicht in de ontwikkelingen op het gebied van voedingsonderzoek, maar geeft tegelijkertijd ook handvatten voor de beoordeling van studies en wijst op de mogelijke zwakke plekken in dergelijk onderzoek.
De wetenschappers gaan in op het ontwerp van de proef, steekproefgrootte, in- en exclusiecriteria, blindering, controlegroepen, bias, het meten van de therapietrouw en hoe resultaten worden weergegeven in een publicatie. Op al deze vlakken bevinden zich uitdadingen. Zo is het bijvoorbeeld moeilijk om bij voedings(advies)onderzoek een goede studieduur vast te stellen, omdat men voorafgaand aan het onderzoek niet goed weet wat men kan verwachten en reacties op voedingsveranderingen sterk kunnen variëren tussen deelnemers. Dit betekent dat er een risico is dat de studie te kort duurt om een effect te meten met als gevolg dat een voedingspatroon als ineffectief wordt beoordeeld. Voedingsadviesstudies kunnen moeilijk worden geblindeerd, omdat degene die het advies geeft, weet in welke groep een deelnemer zit. De manier waarop een advies gegeven wordt, heeft invloed op de deelnemer. Bovendien bestaat er een groter risico op verwachtingsbias bij de onderzoeker. De wetenschappers constateren verder dat het succes van de blindering zelden wordt gerapporteerd. Ook met de registraties van de voedingsbeoordeling gaat het regelmatig mis. Bij maar liefst negentig procent van de ingevulde voedingsdagboeken blijken er onregelmatigheden te bestaan voordat deze worden gecheckt door een diëtist. Dit maakt het gebruik van gevalideerde biomarkers steeds belangrijker om de voedingsinname te beoordelen.
Voedings-RCT’s bieden inzichten die niet te verkrijgen zijn met epidemiologisch onderzoek. Ze helpen bij het vaststellen van oorzakelijke verbanden tussen voeding en ziekte, verdiepen ons begrip van de mechanismen achter voedingsinvloeden en maakt het mogelijk om biomarkers te identificeren. Om echt nuttige informatie te leveren, moeten deze onderzoeken echter gebaseerd zijn op samenwerking tussen verschillende vakgebieden, zorgvuldig worden ontworpen en uitgevoerd, en transparant worden gerapporteerd.
De volledige Engelstalige publicatie kunt u hier teruglezen.
Bronvermelding:
Tien, D. S., Hockey, M., So, D., Stanford, J., Clarke, E. D., Collins, C. E., & Staudacher, H. M. (2024). Recommendations for designing, conducting and reporting feeding trials in nutrition research. Advances in Nutrition, 100283.